Ine Nijs
Will you be my Valentine?
My Valentine. Voor de twaalfde keer alweer. Jonge kippetjes waren we, al die jaren geleden: hij 20, ik 18. Ik gehuld in een zijden jurkje, hij in een zijden hemd - voor de gelegenheid. We zijn van ver gekomen, die man van mij en ik. Water en vuur, twee tegengestelden. Maar wát vullen we elkaar goed aan (al zeggen we het zelf). Hij die liefst rust kent, ik die niets liever doe dan de feestneus bovenhalen (liefst gehuld in een verkleedoutfit). Hij die ervan geniet om zo weinig mogelijk verjaardagswensen te ontvangen (9 dagen vóor mij), ik die ieder verjaardagskaartje trots etaleer tot hij ze na een maand lichtjes zuchtend in de kast verstopt. Ik die hem iedere keer weer uit zijn comfort zone sleur, hij die bij afloop ook iedere keer weer zegt “dat het eigenlijk wel plezant was”. Ik die gruwel van huishoudelijke taken (een goede huisvrouw schuilt er niet in mij, sorry!), hij die als de beste kan wassen en plassen.
Ik ben hem eeuwig dankbaar, om het huishouden hier te runnen, de afgelopen vier maanden (en daarvóor ook al, I know, baby-o!). Ik hou van hem, zoals hij is. Omdat hij mij ook accepteert, zoals ik ben. In die twaalf jaar samenzijn hebben we mekaar ontdekt, en gevonden. Samen staan we sterk. We kennen elkaars kleine en grote kantjes, en soms grommen we op mekaar, maar bijten doen we nooit.
Twaalf keer met twee, en dit jaar voor de tweede keer met drie. Valentijn, onze jaarlijkse verjaardag als koppel, lekker cheezy, my Stevie Wonder.
Vorig jaar, zo een paar dagen vóor Valentijn stond ik in alle vroegte op, en griste een plastic tube mee naar het kleinste kamertje. Het was vrijdag 9 februari 2018, 4u30 ’s ochtends. En daar was hij dan; het plusje op de zwangerschapstest. Inwendig gilde ik een klein beetje, maar terzelfdertijd bleef ik vooral heel rustig. Ik had het geweten. Ik had het gevoeld. Ik voelde me gewoonweg “zwanger”. Na vijf zwangerschapstesten (de “test al vanaf vier dagen voordat uw menstruatie verwacht wordt”-zwangerschapstest van Kruidvat is dus géén aanrader!) kleurde er eindelijk een extra streepje op de test die ik in mijn lichtjes trillende handen hield.
Ik wandelde heel beheerst in het donker naar onze woonkamer, nam uit de kast een wit kaartje met een gouden luchtballon op, stak een lamp aan, bevestigde met een gouden clipper twee roze (!) sokjes aan de kaart, en schreef op de achterkant: “Will you be my Valentine?”.
En daar ging ik dan, met het kaartje, gewapend met de positieve zwangerschapstest. Steven werd gewekt met een opgewekte, doch ietwat zenuwachtige “kijk eens, een kaartje!” (vindt hij altijd erg leuk). Na enig wrijven in de ogen las hij de woorden die ik een halfuur eerder had neergeschreven. “Echt?” – zo bracht hij uit. “Ja.” – zei ik, met de zwangerschapstest tussen mijn duim en wijsvinger. “Kijk maar” – en vervolgens hield ik de beplaste test voor zijn neus. “Kom nog eventjes slapen” – repliceerde hij. Lichten uit. Twee minuten later waren onze beide ogen wijdopen. “We worden mama en papa… zou het echt?!”. We hielden elkaar stevig vast, en het bleef – voor een keer – even muisstil.
Ik ging die dag de nieuwe lente- en zomercollectie showen bij Caroline Biss in Hasselt, en moest pas om 8u30 uit bed. En dus lagen wij nog een hele tijd te staren in het donker, mekaar ervan te verzekeren dat het écht was, en dat dat plusje wel degelijk wilde zeggen dat er een baby’tje in mijn buik zat. De rest van de dag hees ik me van de ene outfit in de andere, en iedere keer bekeek ik mezelf met een ander paar ogen. Stiekem maakte ik mijn buik al een paar keer bol; “hoe zou het me staan, zo zwanger zijn?”
We waren ‘voorzichtig gelukkig’, want op maandag (drie dagen later) hadden we pas een afspraak bij de huisdokter voor een bloedonderzoek. Zoals gezegd, ik voélde me al een tweetal weken zwanger, en ik geloofde alle voorgaande negatieve zwangerschapstesten niet. Toen dat plusje uiteindelijk verscheen, was dat voor ons een (meer dan heuglijk) feit, toch wilden we met een bloedafname 100% zekerheid garanderen.
Op 14 februari 2018, de dag waarop Steven en ik voor de 11e keer Valentijn vierden, zaten we samen op bed om de resultaten telefonisch te bespreken met onze huisdokter. “Dag Ine…. Alles is heel goed met jouw bloed. En je bent zwanger. Nog maar heel pril: zo’n 5 weken”. We staarden allebei naar de telefoon die op speaker tussen ons in lag, en glimlachten naar mekaar. Dit jaar zouden we voor het eerst Valentijn vieren met zijn drietjes. We trokken die avond, naar goede gewoonte, richting Mixta (normaal strijken we áltijd neer bij Cafè Latino, maar voor deze keer kozen we voor zusterrestaurant Mixta). Geen witte sangria (to die for!) voor mij, maar wel een mocktail. Stiekem dacht ik dat iedereen aan me zag dat ik zwanger was. Dat heel mijn gezicht schreeuwde: “WIJ ZIJN MET DRIE GEKOMEN!!”. Maar niemand had iets door.
Een week later vertrokken we naar Bali. Met onze kleine verstekeling in mijn buik. Drie weken lang wist niemand – behalve de verkoper van steunkousen in de CM-winkel – van ons grote kleine geheim. Drie weken lang was ons baby’tje alléén maar van ons. En we genoten. En we reisden. En ik kreeg te maken met de eerste zwangerschapskwaaltjes. Geurzin, weerzin, ochtendmisselijkheid, overmatig angst voor insecten, vermoeidheid. Onze reis naar Bali was prachtig, maar opende ook mijn ogen. Op verschillende vlakken. Meer daarover later.
Hóe ik ‘zo snel’ voelde dat ik zwanger was? Ik had een vreemd gevoel, een soort (spier)pijn in mijn lies en bovenbenen die ik nooit eerder voelde. Daarnaast had ik heel gek gevoel bij het drinken van een rosé’tje na de lunch op de showroom van Scapa. Bij ieder slokje werd ik een beetje duizelig. Voor een geoefend wijn/cocktail/champagne-drinker als mezelf was dat raar, een teken aan de wand. Later, in Bali, ervoer ik naast de typische zwangerschapskwalen (die tot week 12 het ergst waren) ook een vreselijk stekende pijn in de onderbuik. Volgens Google is dat het groeien van de baarmoeder… of het krijgen van een miskraam. Ik ben nog nooit zo blij geweest om thuis te komen van een vakantie dan na onze reis door Bali: veilig in ons coconnetje, en met heel dichtbij een (proper!) ziekenhuis.
Exact een maand na het positief plassen op de zwangerschapstest, mochten we het hartje van Noah voor het eerst zien op de echo. Daar was hij dan: kloppend en wel. Een klein lief goudklompje zoals we hem noemden in die eerste weken, op dat moment nog oh-zo-klein. Een echo “als in de boekskes”, volgens de gynaecoloog: netjes in profiel, en met een stevige navelstreng. We glimden van trots.
Vandaag glimmen we nog meer van trots, iedere keer we naar ons ventje kijken. Hoe hij gelukzalig ligt te slapen. Hoe hij met zijn handjes een speeltje omklemt. Hoe hij wild met zijn beentjes trappelt. Hoe hij naar ons lacht als we gekke bekken trekken en kusjes op zijn neusje geven. Happy Valentine, my love. Voor de twaalfde keer alweer, en sinds vorig jaar voor altijd met meer.
